Verlaging

Door het verlagen van de maximale hypotheek moeten kopers meer eigen geld inbrengen bij de aanschaf van een woning. Begin dit jaar is de verhouding tussen de waarde van de woning en het maximaal te lenen bedrag gedaald van 105% naar 104% van de waarde van de woning.

De komende jaren zal dit percentage elk jaar met 1% dalen tot 100% in 2018. Woningkopers kunnen dus een steeds kleiner wordend deel van de bijkomende kosten meefinancieren. Deze bijkomende kosten (oa. overdrachtsbelasting & hypotheekkosten) kunnen aardig oplopen, vaak gaat het om zo’n 6% van de koopsom.

Eigen inbreng

Bij een woning van €200.000 hebben we het dus over extra kosten van €12.000. Dit jaar mag je nog 4% extra lenen, wat neer komt op €8.000, waardoor je zo’n €4.000 spaargeld nodig hebt. Volgend jaar zal je al €6.000 zelf moeten meebrengen en uiteindelijk in 2018 gaat het om €12.000. De kosten voor de verhuizing zelf en de inrichting komen hier later nog eens bovenop. Wanner overigens de taxatiewaarde lager is dan de koopsom is er nog meer eigen geld nodig.

Wat er na 2018 gebeurt met de maximale hypotheek is nog onzeker. De commissie Wijffels pleit voor het verder verlagen aangezien dit consumenten minder kwetsbaar maakt in het geval dat de waarde van de woning daalt. Dit verlaagt ook gelijk het risico voor de banken.